Biodanzalogie

Hier vind je regelmatig berichten over Biodanza; de theorie, de praktijk, de vertaling naar het dagelijks leven, de effecten, poezie en meer....

woensdag 10 september 2014

Veiligheid in de Biodanza les (deel 3)

Een vervolg op de teksten over veiligheid.

In Biodanza bestaan veel contact oefeningen, die vragen om extra aandacht voor veiligheid. Zo kan iedere deelnemer helen en langzamerhand weer vitaal, compleet, spontaan, levendig en open voor contact worden. Dit werkt door in je dagelijks leven.



Aanraking
Contact maken doe je altijd in feedback. Eerst raak je de ander heel voorzichtig aan. Voel je van de ander een non-verbaal “ja”, en dan kun je meer contact maken. Je kunt bij aanrakings-oefeningen ook met je handen aangeven of je steviger aangeraakt wilt worden of juist lichter, zachter. Dat doe je door het met je eigen handen over de handen van de ander (zonder woorden) voor te doen. Je kunt de handen van een ander ook weghalen van een plek die je niet wilt delen, dat is altijd helemaal oké om te doen. Niemand weet wat de aanrakingsgeschiedenis van de ander is, en het is belangrijk dat Biodanza helpt die te helen, te herstellen. Daarvoor is veiligheid essentieel.



Strelingsoefeningen
Strelingen zijn belangrijk bij Biodanza. Rolando zei: “wanneer je kunt strelen, kun je liefhebben”. Een streling hoort vol affectiviteit te zijn, veilig, aandachtig, teder, onschuldig. Je geeft een streling met alle liefde, voorzichtigheid en zachtheid die je in je hebt. Je streelt het meest kostbare dat er bestaat, een ander mens. Strelingen geef je altijd met de vlakke hand. Je streelt alleen het deel dat wordt aangegeven in de oefening. (de handen, de haren, de rug, enzovoort) Zo is het voor de ontvanger heel duidelijk en veilig en kan die zich overgeven aan de oefening, zonder waakzaam te hoeven zijn en te denken: “help, wat gaat er nu weer gebeuren”? Niet masseren of kriebelen, alleen met de vlakke hand en met al je aandacht een rustige streling geven.

“It's not how much we give but how much love we put into giving.” 
― Mother Teresa

Ontmoetingen
Ontmoetingen komen voor in iedere Biodanza les, ze vormen een essentieel onderdeel van de lessen. De meest voorkomende oefening is die van de ontmoeting van de handen en de ogen. Ook daarbij is aandachtigheid en fijngevoeligheid essentieel. Bij een ontmoeting begin je met het maken van oogcontact. Dan reik je naar elkaars handen en dan loop je naar elkaar toe. Dan pak je elkaars handen en kom je zo dichtbij als goed voelt. Soms is er een omhelzing, soms houd je alleen de handen vast.  Je benadert elkaar nooit van achteren, omdat je dan niet kunt zien of de ander je wil ontmoeten. Om de ontmoeting af te ronden, neem je weer wat afstand, je maakt je los uit de eventuele omhelzing en stapt wat achteruit. Met handen en ogen neem je afscheid en dan draai je je een beetje opzij weg, zodat je iemand niet de rug, maar meer je zijde toekeert, dat is wat geleidelijker. Eventueel leg je even je handen op je hart en sluit je even je ogen, tot je klaar bent voor een nieuwe ontmoeting. Wil je even geen ontmoetingen, dan houd je je ogen gesloten en sta je even zo met je handen op je hart. Dan weten de andere deelnemers dat deze persoon is even niet open is voor een ontmoeting.



Een kus(je)
Soms worden er in Biodanza lessen wel eens spontane kussen gegeven. Meestal is dat een spontane kus op de wang. Dat gebeurt ook steeds in feedback. De ene persoon biedt de ander de wang aan, de ander kust die dan zachtjes. Dan kun je jouw wang aanbieden en kust de ander jou op de wang. Een kus wordt nooit opgedrongen. Soms, als je iemand een kus wilt geven, kun je dichterbij komen. Als de ander geen wang aanbiedt, geef je geen kus. Zo blijft het veilig en plezierig voor iedereen. Kussen is alleen leuk als het wederzijds is.



Aangeven wat je niet wilt, maar ook aangeven wat je wel wilt! Met wie doe je een oefening?
Laten zien wat je graag wilt, waarnaar je verlangt kan heel spannend zijn. Afstappen op degene waar je graag mee wilt dansen kan heel bloot voelen. Iedereen ziet waar jouw voorkeur naar uitgaat. Toch is het enorm verruimend om dat wel te doen. Je mag verlangen, je mag willen, je mag je kans pakken en een oefening met degene doen naar wie je hart op dat moment uitgaat. Soms is er een oefening die je wel wilt doen, maar alleen met iemand waarbij je je erg op je gemak voelt. Luister dan naar je eigen behoefte. Een spannende oefening doen met een persoon waarbij je je niet op je gemak voelt, kan te spannend worden. Dat is zonde van de ervaring. Misschien vind je de hele oefening dan niet fijn meer, alleen door die ervaring. Doe een oefening eventueel niet als er niet iemand is waarmee je je op je gemak voelt. Soms is dat beter. Vergeet niet dat mensen met wie je nooit danst, verrassend fijn kunnen zijn om mee te dansen! Laat je zo nu en dan dus ook verrassen.

Na een spannende oefening, wanneer je iets emotioneels hebt ervaren of je jezelf hebt uitgedaagd kun je iemand om een omhelzing vragen. Vaak stelt een docent dat ook voor. Je kunt altijd afstappen op een persoon en non-verbaal om een omhelzing vragen. Even ontvangen worden, vastgehouden worden, een veilige omhulling zoeken.

Na de oefening elkaar even non-verbaal bedanken, bevestigen, afscheid nemen
Loop na een oefening niet zomaar weg bij iemand. Neem altijd even non-verbaal afscheid. Geef even erkenning voor wat je samen hebt beleefd. Dat kan een knikje zijn, de handen even drukken, een knipoog, een kus, een omhelzing, een glimlach, een handkus, het leggen van je hand op je hart. Wat bij jou past, in dat moment.

“Let us always meet each other with a smile, 
for the smile is the beginning of love.”  - Mother Teresa




Wordt vervolgd...

Geen opmerkingen:

Een reactie posten